top of page
  • Jef Abbeel

Opération spécialeDix ans de guerre entre Russie et Ukraine, vus et vécus depuis le Donbass.


Paul Gogo

De auteur (°1991) is correspondent Oekraïne en Rusland voor o.a. La Libre Belgique. Al op de

middelbare school volgde hij het keuzevak Russisch. In november 2013 trok hij naar Kiev, Donetsk en

Slaviansk. In Kiev maakte hij de overwinning van Janoekovitsj mee en ook zijn weigering om het

associatieverdrag met de EU te tekenen. Vervolgens was hij getuige van de Maidan-protesten, die op

21 februari 2014 leidden tot de afzetting en de vlucht van de president. Poetin reageerde dan met de

bezetting en annexatie van de Krim, wat leidde tot een golf van patriottisme en trots in Rusland.

Poetin steunde ook de anti-Maidan in de Donbas, een verarmde mijnstreek aan de grens. De

mijnwerkers werden door de intellectuelen en kunstenaars van Kiev beschouwd als ongeletterde

alcoholisten.

De Russen voedden hun contestatie door te verkondigen dat Kiev hen zou verplichten om voortaan

enkel Oekraïens te spreken. De regering had in 2014 het Russisch een statuut gegeven van ‘regionale

taal’ i.p.v. ‘nationale taal’. De separatisten maakten daarvan dat ze geen Russisch meer mochten

spreken.

De Russen beloofden hogere salarissen en een beter leven als ze zich zouden aansluiten bij Rusland.

Het Kremlin probeerde ook Marioepol en Odessa in opstand te brengen, maar zeker Odessa was en is

té Europees en deed niet mee.

Gogo vertelt ook in ’t kort de geschiedenis van de Donbas, weliswaar zonder de prestaties van de

Belgen tussen 1870 en 1917. 2014 werd een dieptepunt, toen de separatisten het cultureel centrum

Izolatsia omvormden tot een folter- en executieplek.

Op 28 april 2014 maakte hij in Donetsk de laatste pro-Oekraïense manifestatie mee. Ze werd uiteen

geklopt door gewelddadige separatisten, die nadien gezegend werden door orthodoxe geestelijken.

Op 1 mei veroverden de separatisten met veel geweld het politiekantoor en het gerechtsgebouw van

Donetsk. Gogo zag het gebeuren.

Op 2 mei probeerden pro-Russen onrust te zaaien in Odessa. Er sneuvelden 42 personen aan hun

kant. De Russische pers maakte ervan dat neonazi’s de pro-Russen levend verbrand hadden. Poetin

maakte er op 20 februari 2022 misbruik van om zijn invasie te rechtvaardigen (p. 66).

Ondertussen werden in Donetsk nog meer mensen opgepakt en gefolterd door gemaskerde

separatisten, die ook de banken leegroofden. In een pseudo-referendum koos 89 à 96% van Donetsk

en Loegansk voor onafhankelijkheid (p. 71).

Op 17 juli 2014 haalde de Russische luchtafweer een vliegtuig uit de lucht met 398 doden. De auteur

bezocht de plek in september 2014, samen met Nederlandse onderzoekers, geëscorteerd door

separatisten en Russen. In november 2014 zag hij drie vrachtwagens met Tsjetsjeense soldaten zich

vestigen in Donetsk: de Russische inmenging was duidelijk. Het Westen wist dat, maar zweeg,

Rusland ontkende het en sprak enkel over een spontane revolutie en burgeroorlog.

De missie van de OVSE in Donetsk werd bijna dagelijks bedreigd door de separatisten: hun auto’s

werden in brand gestoken, zij zelf werden gekidnapt in juni 2014 en ze mochten niet zeggen dat er

Russische soldaten aanwezig waren (p. 111). Journalisten zoals Gogo die het woord ‘separatisten’

gebruikten, werden op 15 september 2015 uit de Volksrepublieken Donetsk en Loegansk verbannen.

Gogo verhuisde naar Kiev. De Donbas werd een dictatuur, met folteringen en executies (p. 119-121).

Gogo constateerde dat de wereld zich vanaf 2015 niet meer interesseerde voor de Donbas en de

Krim. De lezers in Frankrijk wilden niet geloven wat hij schreef. Zijn reportages werden niet meer

gepubliceerd: de lezers waren het beu (p. 122-123).

In 2017 installeerde Gogo zich voor zes jaar in Moskou. In 2012 had hij daar Boris Nemtsov en Alexei

Navalny gefotografeerd en Poetin de hand gedrukt: die was toen (frauduleus) net herkozen.

Gogo zag er een enorme kloof tussen extreem rijke mensen en straatarme, onderbetaalde

gastarbeiders uit Azië. In november 2017 mocht hij de werken aan de Krimbrug bezoeken. Rusland

heeft wel geïnvesteerd op de Krim: de wegen zijn er veel mooier dan in de rest van het land. In maart

2014 was de annexatie goedgekeurd met 97%, maar duizenden Oekraïners hadden de Krim al

2

verlaten, men kon niet kiezen om bij Oekraïne te blijven en tegenstanders, zeker Tataren, werden

gearresteerd en gemarteld (p. 131-132).

Als correspondent in Moskou mocht hij soms plaatsen bezoeken waar toeristen nooit mogen komen,

zoals militaire bases, een fabriek van helikopters en de Evenken, een arm inheems volk in Noord-

Siberië. Moskou maakt wel indruk op hem: bijna elke maand opende er een nieuw metrostation,

robots van Yandex leveren er goederen aan huis, auto’s rijden zonder bestuurder, de parken zijn

prachtig. Tegelijk ziet hij er daklozen en onderbetaalde gastarbeiders en hij houdt niet van de

videobewaking met gezichtsherkenning.

Vanaf 2018 werd het beroep van correspondent steeds moeilijker: elke kritiek op de dictatuur of op

de armoede en elk signaal van sympathie voor Navalny waren riskant. In 2019 barstte er een

schandaal uit: het afval van Moskou was overal buiten Moskou in natuurgebieden gestort, een

ecologische catastrofe. Er vonden meer dan 1.500 protestbetogingen plaats, maar Gogo zegt niets

over het resultaat daarvan.

In 2020 ontdekte Navalny dat Poetin een gigantisch paleis liet bouwen aan de Zwarte Zee. Het is nog

altijd een onbewoonbare bouwwerf, maar zijn kritiek deed pijn. In hetzelfde jaar wijzigde Poetin de

grondwet, zodat hij levenslang kon aanblijven. 78% van de bevolking keurde het goed. Covid brak uit

en minstens één miljoen Russen stierf door de slechte aanpak van de epidemie en doordat het vaccin

Spoetnik V niet werkte. De bevolking mocht dit niet weten.

Poetin verhardde de repressie en legde toen al de basis van zijn invasie, zoals blijkt uit zijn

toespraken van 2020 en 2021, waarin hij Oekraïne systematisch een artificiële staat noemde, die hij

weigerde te erkennen en waartegen hij een heilige oorlog zou voeren. Volgens Gogo willen de

Russen een leider die voor stabiliteit en vooruitgang zorgt, geen dictator. Op 20 augustus 2020 werd

Navalny vergiftigd met novitsjok (zenuwgas) door de FSB in Tomsk. Hij genas in Duitsland. Op 13

januari 2021 keerde hij terug naar Moskou, maar hij werd meteen opgesloten, gefolterd, dag en

nacht mishandeld.

Op 7 februari 2022 kwam Macron nog naar het Kremlin om de oorlog te voorkomen, maar

tevergeefs. Gogo bezocht vanaf 8 februari opnieuw de Donbas, waar 770.000 inwoners al een

Russisch paspoort hadden, terwijl er 3,7 miljoen nog afwachtten. 1,5 miljoen zijn gevlucht sinds 2014,

deels naar Rusland, deels naar Oekraïne. Tussen 20124 en 2022 waren enkele leiders van de

separatisten gedood, o.a. Zacharenko, ‘president van de republiek Donetsk’, in 2018.

Gogo constateerde dat de dorpen vol zaten met Russische soldaten. De mannen tussen 18 en 55

moesten beschikbaar blijven voor de algemene mobilisatie, vrouwen en kinderen werden

geëvacueerd naar Rusland. Op 21 februari 2021 erkende Poetin de onafhankelijkheid van de

Volksrepublieken Loegansk en Donetsk (p. 225).

Op 24 februari 2022 was Gogo weer in Moskou, waar Poetin zijn ‘Speciale Militaire Operatie’

aankondigde om ‘ter hulp te komen aan de Russischtaligen van de Donbas, slachtoffers van een

genocide’ en om ‘Oekraïne te denazificeren en te demilitariseren’.

Het eerste groot slachtoffer was Marioepol, dat compleet van de kaart werd geveegd. De Russische

propaganda durfde dan nog te beweren dat de Oekraïners de stad vernield hadden. De lijken lagen

op straat in de zon of in een gemeenschappelijke gracht die niet geopend mocht worden of op een

gigantisch kerkhof met duizenden recente graven (p. 234). Gogo zag arbeiders uit Rusland en

Centraal-Azië, die de stad weer opbouwden, zoals ze dat ook gedaan hadden met het verwoeste

Grozny. Rusland wil er een badstad van maken. Van de 430.000 inwoners zijn er tienduizenden

gedood en 350.000 gevlucht. Er zijn inwoners die de schuld op Oekraïne schuiven, tegelijk zijn er nog

veel aanhangers van Oekraïne (p. 311-316).

Hij ontmoet er Russische soldaten die door Prigozjin uit de gevangenis zijn gerekruteerd en die hem

vertellen over de vele doden aan het front. En die bekennen dat ze alle burgers in Bachmoet

moesten doden, van jong tot oud. Prigozjin zelf betaalde zijn opstand tegen Poetin met de dood (p.

319-325).

In het laatste hoofdstukje vertelt Gogo nog even over de Russische ziel, die volgens de propaganda

met de Speciale Militaire Operatie verdedigd moest worden tegen de dreiging van het Westen (p.

331).

3

Beoordeling

Gogo kan heel goed vertellen, hij heeft overal contactpersonen, zowel bij de Russen als bij de

Oekraïners, leeft mee met beiden, is op vele plaatsen geweest als getuige. Zijn verslag is niet altijd

chronologisch gestructureerd, maar spreekt wel duidelijke taal.

Het kaartje op p. 7 is goedbedoeld, maar verre van duidelijk zonder vergrootglas en de meeste

weinig bekende plaatsnamen zoals Matveev, Kurgan, Volnovakha, Uralkali etc. staan er niet op.

Bij de industrialisatie van de Donbas (p.37) vergeet Gogo de Belgen, die daar tussen 1870 en 1917

met 15.000 à 20.000 woonden en werkten. Bij Izolatsia (p. 38) mis ik een verwijzing naar het boek

‘Het concentratiekamp in de Paradijsstraat’ van Stanislav Aseyev, die er gevangen en gefolterd werd.

Gogo denkt dat de Krimbrug aangelegd werd zonder buitenlandse bedrijven (p. 129). Dat klopt niet:

Dematec Equipment uit Dodewaard en Bijlard Hydraulek uit Milsbeek zijn ervoor bestraft.

Globaal gezien is het een boeiend verslag van een getuige ter plaatse.

Referentie:

Paul Gogo,

Opération spéciale

Dix ans de guerre entre Russie et Ukraine, vus et vécus depuis le Donbass

Editions du Rocher, Monaco, februari 2024

Paperback, 339 pagina’s, 20 x 14 cm, kaartje, € 19,90

ISBN 978-22-681-0999-2

©Jef Abbeel, april 2024 www.jefabbeel.be



bottom of page