Land van het Grote Sterven. Hoe Rusland de Westerse logica tart.
- Jef Abbeel
- 6 jun
- 4 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 7 jun
Joris Van Bladel
De auteur is slavist en militair deskundige, gespecialiseerd in Rusland. Hij begint met pittige informatie:
75% van de Russen gelooft dat Rusland het beste land ter wereld is, superieur aan alle andere. 83% steunt
de oorlog van Poetin en het leger is het instituut met de hoogste status. Ondanks de ca. 150.000 doden en
450.000 zwaargewonden in september 2024, blijft de bevolking de oorlog steunen (p. 13-14). In het
Westen zouden we vragen om ermee te stoppen. Het Grote Sterven verwijst naar de vele doden in WO I
(en nog meer in WO II). Wie in OekraĆÆne sneuvelt, wordt verheerlijkt als een held. Het collectieve heeft
voorrang op het individu (p. 18). De auteur toont ook hoe het Westen herhaaldelijk verrast is geweest
door Poetin, hoewel men hem antiwesters zag worden. De oorlog van 2022 had hij aangekondigd in zijn
essay van 12 juli 2021 met als titel: āOver de historische eenheid van Russen en OekraĆÆnersā (p. 25). Toch
geloofde bijna niemand dat hij echt zou aanvallen. En toen hij aanviel, voorspelde de CIA een snelle
overwinning van de 900.000 Russen tegen de 196.000 OekraĆÆners (p. 26-34). Het tegenoffensief van 2023
mislukte door een tekort aan manschappen, munitie en westerse hulp, door meer Aziatische hulp van
China, Noord-Korea, India, Iran, Turkije voor Poetin en door een verviervoudigd defensiebudget (p. 49-
55).
Van Bladel vertelt hoe Poetin in 2000 aan de macht kwam, toen nog prowesters was en vanaf 2007 steeds
meer antiwesters werd (p. 69-74). De auteur en ook Sarotte tonen aan dat niet de NAVO-uitbreiding tot
Maidan en tot de Russische inval leidde, maar de wens van OekraĆÆne om bij de EU te komen. De kern van
het conflict was de keuze tussen democratie of autocratie (p. 78-82).
De veroveringen van Rusland begonnen al in 2007 met de opeising en militarisering van de Noordpool
met al haar gas, olie, edele metalen en mineralen. En met de opeising van de Noordelijke Zeeroute, die
Europa met Aziƫ verbindt. Dan volgde de vijfdaagse oorlog tegen Georgiƫ (aug. 2008).
De parlementsverkiezingen van december 2011 en de presidentsverkiezingen van 2012 verliepen met
veel fraude en protest in vele steden. Het protest werd met harde hand neergeslagen en wettelijk
onmogelijk gemaakt. 2011-2012 was een keerpunt: de repressie werd harder, Rusland werd een
autocratie (p. 92-94). Critici werden al eerder vermoord: Politkovskaja in 2006, Estemirova in 2009.
De Maidanopstand van februari 2014 leidde tot de annexatie van de Krim, iets waar Poetin al in 2008 mee
dreigde. Die inname zorgde voor euforie in Rusland en leidde ook tot de interventie van ca. 42.000
Russische militairen in de Donbas. Ook de wrede interventie in Syriƫ in 2015 werd een succes: Assad
bleef overeind (tot 2024), Tartoes werd een volwaardige Russische maritieme basis en Hmeymim een
luchtmachtbasis (p. 103-107). Corona veroorzaakte 375.000 Ć 835.000 doden (p. 115).
In de jaren 2014-2022 werd Poetin steeds meer antiwesters, waardoor hij hoog scoorde in Rusland en in
het Globale Zuiden (p. 118-119). Ik twijfel dan ook zeer aan de visie van Serhii Plochy dat de val van de SU
nog steeds voortduurt en dat het regime in een doodsstrijd zit (p. 120-122). Poetin lijkt mij sterker te
staan dan ooit en steeds meer bondgenoten te krijgen. Van Bladel stelt dat Rusland sterker is dan wij
denken, maar zwakker dan het zich voordoet.
In deel II onderzoekt Van Bladel vooral de Russische krijgsmacht en de veranderingen van de afgelopen
eeuw (of eerder: de voorbije 80 jaar). De demilitarisering van West-Europa is dan wel het meest
frappante kenmerk: in geen enkel land zijn er nog voldoende soldaten en materiaal om Poetin tegen te
houden. De dienstplicht verdween, massalegers zijn vervangen door wat hij noemt: All-Volunteer Forces,
die terrorisme en rampen bestrijden en vredesmissies ondernemen. Het gezag is ook veranderd: militaire
leiders moeten hun competenties inzetten om een consensus te bereiken (p. 129-147). In Rusland
daarentegen staan de economie en de maatschappij in dienst van het leger, dat verheerlijkt wordt. Dat
belet niet dat slechts 18% van de jongeren daadwerkelijk zijn dienstplicht van ƩƩn jaar vervult. Meestal
zijn dat de armsten en komen ze uit de armste regioās (p. 155-184). Ondanks de fysieke mishandelingen
blijft de soldaat toegewijd en moedig. Het lijden, geweld, machogedrag en patriottisme van de soldaten
wordt in de Russische cultuur verheerlijkt als een bron van kracht (p. 170-193). De kritische
āSoldatenmoedersā worden gebrandmerkt als ābuitenlands agent en staan dus buiten spel. Het
vertrouwen in Poetin stijgt tot 83% als hij oorlog voert (p. 229). Het Westen ziet vele tekorten in het
2
Russisch leger, maar onderschat de veerkracht en het uithoudingsvermogen. Het ontwaken van Europa is
nodig om de Russische dreiging tegen te houden (p. 238-239).
Beoordeling
Van Bladel heeft met veel kennis van zaken en een ervaring van ruim 30 jaar de toestand in Rusland en
met name in het leger beschreven in een begrijpelijke taal en aan de hand van getuigenissen van
soldaten. De info over het leger lijkt vooral interessant voor militair deskundigen, maar zegt evenveel over
de samenleving, die de wantoestanden goed kent, maar toch het volle vertrouwen behoudt in het leger.
Door de indoctrinatie op school en in de media is het beeld van de VS en van de NAVO zeer negatief.
De bibliografie is zeer degelijk, maar enkele boeken die ook in het Nederlands bestaan zoals die van
Belton, Braudel, Galeotti, Plochy en Politkovskaja worden in het Engels geciteerd (p. 263-268). Bij de Krim
(p. 97 en 254) mis ik het boek van Emmanuel Wagemans, āDe Russische Krimā. De focus van de auteur lag
blijkbaar op de Engelstalige, Duitstalige, Franstalige en Russische literatuur.
Nog een paar details: de āRussisch militaire cultuurā (p. 18 en 165) moet zijn: de Russische. De laatste dag
van het millennium was niet 31 december 1999 (p. 63), maar 31 december 2000. āPervoje Litsoā (p. 64),
letterlijk āHet eerste gezichtā, vertaalt hij als āde hoogste autoriteitā. Zo is het blijkbaar in het Russische
politieke jargon. De vele Russische woorden staan enkel in onze letters, niet in cyrillische.
De verrassingsaanval op OekraĆÆne in Koersk in augustus 2024 (p. 230) moet natuurlijk zijn: de
verrassingsaanval van OekraĆÆne.
Al met al een pittig en kritisch boek dat veel inzicht biedt in de Russische mentaliteit en dat de lezer
wakker zal houden.
Referentie:
Joris Van Bladel,
Land van het Grote Sterven
Hoe Rusland de Westerse logica tart.
Uitgeverij Prometheus, Amsterdam/L&M, Antwerpen, maart 2025
Paperback, 272 paginaās, tabellen, noten, bibliografie, register.
ISBN 978-90-446-5734-0; ⬠23,99.
©Jef Abbeel, mei 2025 www.jefabbeel.be


Opmerkingen