Mark Galeotti, Poetins Oorlogen: Van Tsjetsjenië tot Oekraïne (Vertaling van Putin’s Wars)
Uitg. Prometheus, Amsterdam/L&M, Antwerpen, maart 2023 (384 pag)
Jef Abbeel
De auteur (°1965) is specialist in militaire zaken en in Russische politiek. De Russische grenzen zijn
het resultaat van oorlogen en Poetin vertrouwt volgens hem enkel op zijn leger, waarvan hij de
activiteiten uitgebreid heeft met cyberaanvallen, desinformatie, moorden en huurlingen. De elite in
Moskou vond dat ze na Gorbatsjov en Jeltsin weer een sterke man nodig had en dus was Poetin
welkom. Met de staatsgreep van 1991 wilden de hardliners voorkomen dat de deelstaten meer
autonomie kregen. Maar ze bereikten het omgekeerde: ze werden onafhankelijk. Jeltsin zorgde voor
armoede, werkloosheid en de opkomst van miljardairs. Tegelijk verkeerde geen enkel leger in een
zo’n zware crisis. In 1990/91 waren er geen woningen voor 280.000 militaire gezinnen die
terugkeerden naar Rusland. Vele soldaten leden zelfs honger. De Eerste Tsjetsjeense Oorlog van
1994-1996 liep dan ook uit op een vernedering voor het Russische leger.
De ergste vernedering was de uitbreiding van de NAVO, waartegen zowel Jeltsin als Poetin zich
verzetten. De bombardementen van de NAVO op Servië in 1999 leidden ertoe dat Servië,
bondgenoot van Poetin, zijn troepen moest terugtrekken uit Kosovo.
De Tweede Tsjetsjeense Oorlog (1999-2009) werd door Rusland gewonnen, maar Tsjetsjenen bleven
wel gijzelingen en aanslagen uitvoeren in 2002, 2004, 2009 en 2011. Om de rebellie te verslaan,
moest Poetin aan Tsjetsjenië meer autonomie geven dan het ooit had gehad. Aanhangers van de
Tsjetsjeense leider Kadyrov vermoordden in 2015 Boris Nemtsov op de Kremlinbrug. Hij had kritiek
op Poetin en op de Russische oorlog in de Donbas. Over 20 jaar kan er een nieuwe generatie
Tsjetsjenen in opstand komen (p. 91). De eerste oorlog had aan minstens 5.500 Russen het leven
gekost, de tweede aan minstens 5.200 (p. 92).
De korte oorlog in Georgië (2008) viel samen met de opening van de Olympische Spelen in Beijing. De
Russen waren niet blij met de keuze van Saakasjvili voor het Westen en wonnen de oorlog in vijf
dagen. Rusland erkende als enige de onafhankelijkheid van Zuid-Ossetië en Abchazië (p. 129). In 2008
werd het leger hervormd: het werd slanker en sneller. In 2014 stonden er binnen zeven dagen 40.000
soldaten aan de Donbas. In 1999 duurde zoiets nog drie keer zo lang.
Na de vlucht van Janoekovitsj uit Oekraïne werd op 27 februari 2014 de Krim bezet. Het besluit van
de regering in Kiev om het Russisch te schrappen als officiële taal, had een rol gespeeld bij de
bezetting (p. 164). Die verliep succesvol: er sneuvelden slechts twee Oekraïense soldaten en één
kozak. Er was nauwelijks gevochten. In maart 2014 werd de Krim na een referendum aangehecht, tot
grote vreugde van zowat alle Russen en ook van vele Krim-bewoners.
Het conflict in de Donbas (maart 2014-2022) noemt Galeotti half een burgeroorlog, half een Russisch
proxy-conflict tussen door Moskou gesteunde rebellen en het Oekraïense leger. De verovering van de
Krim was zo gemakkelijk verlopen dat het Kremlin dacht dat ze het oosten van Oekraïne, waar
etnische Russen in de meerderheid waren, er wel bij konden nemen. Het doel was Kiev te straffen
voor elke stap in de richting van het Westen, te overtuigen dat het tot de Russische invloedssfeer
hoorde en dat het meer autonomie moest geven aan de Russischtaligen. Moskou had geen belang bij
de aanhechting van de Donbas: het gebied kostte 3 miljard $ per jaar aan subsidies en evenveel aan
militaire operaties. Maar in 2023 dacht Poetin er anders over: toen annexeerde hij dit gebied wel.
Bij de opstand van de Donbas leken de regeringstroepen aanvankelijk niet bereid om tegen de
rebellen te strijden. Die haalden op 17 juli 2014 met een Russische raket een vliegtuig neer met 298
doden als gevolg. Ze dachten dat het een Oekraïens transportvliegtuig was (p. 175-178).
Door de intrede van 3.500 à 10.000 Russische troepen werd Kiev gedwongen om in te stemmen met
de akkoorden van Minsk, die helaas niets opleverden. De gevechten veroorzaakten 14.000 doden en
twee miljoen interne vluchtelingen. Ze leidden tot een patstelling, die Poetin in 2022 wou
doorbreken. In 2015-2016 konden de Russen het tij keren in de Syrische burgeroorlog ten gunste van
Assad en tegen IS.
De auteur weidt dan uit over het leger. Officieel kostte het 2,6% van het BNP in 2022 of 51 miljard $,
voor 900.000 soldaten. Het Britse kost 72 miljard $ of 50% meer voor 153.000 soldaten. Maar in feite
2
ligt het bedrag in Rusland drie- à viermaal zo hoog: ca. 200 miljard $, met de verborgen uitgaven
erbij. Vele uitgaven zitten nl. verstopt in andere posten zoals onderwijs, wetenschap, technologie.
Rusland is zo wereldwijd nummer vier, na de VSA, China en India en nummer twee in wapenexport,
na de VSA. Rusland is zelfvoorzienend: het produceert alles zelf voor het leger. De soldaten krijgen
950 $, de Britse 2.300 $ per maand. De kosten voor levensonderhoud bedragen resp. 600 $/1.700 $:
de Russische soldaat houdt dus in verhouding evenveel over. Poetin heeft het leger gemoderniseerd,
wat Galeotti aantoont met veel technische details, maar dat was niet te merken bij de inval in
Oekraïne.
De zeemacht is niet indrukwekkend en kan niet concurreren met die van de NAVO. De speciale
troepen/Spetsnaz fungeren als verkenners, saboteurs, vernietigers en traden al op in Hongarije
(november 1956), Praag (1968), de Krim (2014), de Donbas (2014) en Oekraïne (2022).
Het nucleaire arsenaal is groot. In 1994-1996 kreeg Rusland ook de voorraden van Wit-Rusland,
Oekraïne en Kazachstan, in ruil voor territoriale integriteit, waaraan het zich hield tot 2014. Rusland
wil het inzetten bij een ‘existentiële bedreiging van het moederland’ vanuit de NAVO of in de
toekomst vanuit China (p. 301). De inlichtingen- en veiligheidsdiensten groeien in macht en zijn actief
in ondermijning en desinformatie. Ze kunnen zelfs gps-routes wijzigen, zodat drones en raketten
elders terecht komen.
Wit-Rusland, Oekraïne en Moldavië zitten ingeklemd tussen Rusland en het Westen en zijn
afhankelijk van Russische energie. Moskou heeft ook nog altijd invloed op Armenië en Azerbeidzjan,
twee oorlogvoerende landen en op Kazachstan, Kirgizië en Tadzjikistan. De laatste twee hebben ook
al oorlog gevoerd om water. China kan in de toekomst een probleem worden. Het stelt zich steeds
assertiever op, dingt fel af op de prijzen van aardgas en olie, spioneert in het oosten van Siberië, het
bewapent zich steeds meer en het heeft een grens van 4.000 km met Rusland.
Terug naar de oorlogen. Die in Oekraïne begon al in 2014. Vanaf 2018 nam Rusland Oekraïense
schepen in beslag en blokkeerde het de havens van Marioepol en Berdjansk aan de Zee van Azov. In
2021 eiste Poetin dat de NAVO zou terugkeren naar de grenzen van 1997. In 2022 vertelden zijn
informanten hem wat hij wilde horen, nl. dat de Oekraïners zijn bevrijding zouden verwelkomen. Ook
westerse analisten dachten dat Oekraïne al na twee weken in handen van Moskou zou vallen. Het
verliep anders en helaas met veel misdaden en plunderingen. In het zuiden hadden de Russen wel
succes: ze verwoestten Marioepol en veroverden een ‘Krim-corridor’ langs de Zee van Azov naar het
Russische vasteland.
De auteur besluit dat de eerste twee termijnen van Poetin zeer succesvol waren, maar dat hij daarna
veel schade heeft aangericht. Dan volgen er een nuttige lijst met afkortingen, noten, een uitsluitend
Engelstalige bibliografie, een handige chronologie van 1991 tot 2022 en een register.
Beoordeling
Galeotti kan boeiend vertellen en is zeer goed op de hoogte van het verloop van de Russische
oorlogen en van hun militair arsenaal. Zijn verslagen van de oorlogen zijn soms zeer technisch en
enkel geschikt voor militairen. Hij geeft een goed inzicht in de samenstelling van het leger, de
onderafdelingen, hun taken en bewapening. ‘Poetins leger’ zou ook een juiste titel zijn.
Op p. 14 spreekt hij over het vredesverdrag van 8-9 mei 1945: toen was er enkel de overgave van
Duitsland, de vredesverdragen volgden pas in de jaren 70! Hij zegt dat Rusland geen natuurlijke
grenzen heeft (p. 16), maar dan vergeet hij vele zeeën: de Oostzee, Noordelijke IJszee, Stille Oceaan
met Beringzee, Zee van Ochotsk en Japanse Zee, de Zwarte Zee.
De zeven kaarten zijn zeer welkom, maar vele plaatsen staan er niet op: Toeva (p. 152), Anapa (p.
163), Novorossiisk (p. 163), Balaklava en Belbek (p. 166) etc.
Hij noemt Chroesjtsjov een Oekraïner (p. 160). Eigenlijk is hij een Rus, die lange tijd in Oekraïne
woonde. Voor de transcriptie van de Russische woorden heeft de vertaler de Engelse bewaard. Die
wijkt af van de Nederlandse. Een paar voorbeelden: Cheget (p. 32) moet Tsjeget zijn, dedovshchina
(p. 34) dedovtsjina, Tyva (p. 147) Toeva, pekhota (p. 232) pechota, Chyornomorsky (p. 260)
Tsjornomorsky. Poetin is wel correct, dus niet Putin.
Het boek is ideaal voor militair geschoolden, minder voor anderen.
©Jef Abbeel, Turnhout maart-april 2023 www.jefabbeel.be
Σχόλια